Op mijn zestiende beloofde ik mezelf een aantal dingen: Ik zou na mijn eindexamen in Friesland naar Amsterdam vertrekken en nooit meer weg gaan, ik zou nooit een relatie beginnen met een Friese man en ik zou de beste jurist van Nederland worden. Ik kan U vertellen, al die drie dingen zijn hopeloos mislukt.
Dat had ik niet kunnen denken toen ik die drie zaken in 1997 keurig in mijn dagboek noteerde, want ik was er heilig van overtuigd dat dit allemaal zou lukken. Het idee dat ik als wilde puber nog langer in het saaie Friesland moest wonen, werd me op dat moment even teveel. Je ziet nog de inkt op de bladzijden die is uitgevlekt omdat ik als een ware dramaqueen alleen maar huilde tijdens het schrijven. Overigens sloot ik het stuk af met de opmerking dat Robbie Williams het lekkerste ding ooit was, dus zo verdrietig zal ik ook wel niet zijn geweest.
Het begin van de voornemens was overigens veelbelovend. Vol goede moed begon ik in Amsterdam aan een studie rechten, maar die moed zakte me al snel in de schoenen. Tijdens het eerste college realiseerde ik me dat ik of deze studie niet zou afmaken of een vreselijk slechte jurist zou worden. Ik ben nu eenmaal niet in de wieg gelegd voor het doorspitten van wetboeken en contracten. Dat lieten ze verdorie ook nooit zien in Pleidooi, Law and Order of Matlock. En zo viel mijn droom om een tweede Abraham Moszkowisz te worden, in duigen.
Dat is maar goed ook, want daarna ben ik iets gaan studeren wat ik daadwerkelijk leuk vond; Geschiedenis. Gelukkig maar, want weg uit Amsterdam wilde ik niet. Daarvoor waren er teveel leuke mensen, fijne feestjes en interessante banen. Tien jaar lang was ik niet van plan om ooit uit Amsterdam te vertrekken.
Tot een beruchte Sneekweek bijna twee jaar geleden. In het kader van jeugdsentiment ging ik met twee vriendinnen uit Amsterdam daar vrolijk naar toe. En daar stond ‘ie. Een vriend van vroeger. Een grote rossige Fries. En in een opwelling besloot ik er dat er prima mee gezoend kon worden. Want ach, het was toch een zomerflirt. Wist ik veel dat het een zomerflirt werd die inmiddels al bijna twee jaar duurt. En die zo leuk is, dat ik het voornemen dat ik nooit een relatie zou beginnen met een Friese man, gewoon de prullenbak in heb gegooid.
Stiekem zorgde dat er ook voor dat ik nu het derde voornemen óók in de prullenbak heb gedeponeerd: Ik blijf niet meer eeuwig in Amsterdam, ik ga weer terug naar Friesland. En nee, dat vind ik als dertiger niet erg. Daar in Friesland woont mijn liefde en familie, maar vooral heerst er – ik durf het bijna niet te zeggen als voormalige wilde puber- rust. Hoewel de tiener in 1997 het verschrikkelijk zou vinden, zijn het mijn beste mislukte voornemens ooit.
Van de weeromstuit heb ik een nieuw dagboek gekocht en daarin al mijn nieuwe voornemens gepend. Wat die zijn? Ik wil terug naar Amsterdam, ik blijf niet lang bij mijn Friese man, wil vooral niet rijk worden en ik haat schrijven. Wedden dat ik hartstikke gelukkig word in Friesland?




Ha Dannielle,
Tja, zeg ik tegen mijn allerliefste “is toch wel zonde om die helemaal te gekke kavel 3 km onder Sneek te verkopen. Wil je niet alsnog naar…… de Hommerts? Nei myn roots? Kermis in Sneek, wijntje in Dryls. Beetje tuinieren, paar geiten, kijken naar oneindige horizon en mooie wolkenpartijen…..! Weg uit de Maasstraat, weg uit het och zo gezellige en drukke Amsterdam. Niet meer op zondagochtend over de grachten naar de Wester of zomaar een ijsje bij Venetië in Scheldestraat. etc. etc. What to do now? Na 40 jaar Amsterdam nog steeds die verscheurdende twijfel. We gean, we gean net, we gean, we gean net……………..wol, net, wol net…….
Groet,
Fritz
Hi Fritz, je kunt natuurlijk een en ander combineren. Hou je en dat huis in de Maasstraat en ben je af en toe eens even in Friesland. Ook best een leuke balans 😉 Groet!