Ik ben een boekenwurm. Altijd al geweest en dat zal ook wel zo blijven. Een nadeel? De boeken die zich in hoog tempo opstapelden in mijn kast. Maar dat wordt iets uit het verleden, want sinds vorige week ben ik in het bezit van een gloednieuwe roze e-reader.
Voor de diginerds onder U: het is een PRS-300. Een kleine uitvoering van zijn grote broer 500 en zus 700. Maar ik hou nu eenmaal van kleine en fijne gadget die in mijn tas passen. Bovendien kunnen hier ook tientallen boeken op gedownload worden.
En ik kan U vertellen dat het een lekker gevoel is om heul veul boeken bij je te hebben, zonder dat je d’r een lamme schouder aan overhoudt. Bovendien is íe even groot als een pocketboek en even dun als een Ipod classic. Mapje erom heen en een leeslichtje d’r bij ( want d’r zit helaas geen schermverlichting in) en klaar is Kees.
Wel zo fijn, want zoals U al eerder heeft kunnen lezen, ben ik een beetje overwerkt. Een dingetje per dag, zoals dit blogje, is wel genoeg. En wat is er dan fijner dan rustig burgerlijk op een bank te zitten met een koppie thee en een digitaal boek. En ga ik straks weer aan het werk, dan heb ik nooit meer gesjouw met zo’n grote bijbel.
Dank U wel, uitvinder van de e-reader. Vind U, mede namens mijn schouder, nu al heel aardig.

Hoe leest dat, zo’n e-reader? Het lijkt me nl niet zo fijn lezen of valt dat mee?
Het leest juist harstikke fijn. Het scherm is gelijk aan een pagina in een boek, met dank aan de e-ink techniek.
Ik ben d’r nu zo verslaafd aan dat ik nu een echt boek in mijn handen al heul vermoeiend vind 😉