‘Hou je het nog een beetje vol?’

Een van de vragen die de laatste tijd aan mij het meest gesteld wordt is ‘of ik het nog een beetje vol hou.’ Want ja, ik ben al ruim 38 weken zwanger en och hemeltjelief, wat was het warm. Hartstikke lief dat mensen het vragen, maar eerlijk gezegd hou ik het best nog wel eventjes vol. Al gaat het soms niet helemaal van harte.

Vooral afgelopen week was ‘t raak met die hoge temperaturen. Mind you, ik kan prima tegen de warmte. De rest van het jaar betaal ik zelfs organisaties om mij naar locaties te vervoeren waar het enigszins warm is. En sinds ik zwanger ben is dat niet écht veranderd.

Ware ‘t niet dat ik ‘t afgelopen weekend zelfs warm vond. Wat zeg ik, ik zweette peentjes. Gelukkig was er hoop. In de vorm van een opblaaszwembad dat een paar maanden geleden was gekocht door vriendlief op één van de eerste warme dagen van het jaar. Ik moet eerlijk bekennen dat ik ‘m toen heel hard heb uitgelachen. ‘Dat is toch alleen voor kleine kinderen?’

Dat kon vriendlief niets schelen. Die blies zonder blikken of blozen het zwembad op, liet er water in lopen, pakte een biertje en een boek en ging er genoeglijk zelf in liggen. Het duurde niet lang of ik lag ernaast. Tegenwoordig lig ik er op warme dagen zelfs eerder in dan hij. Zo’n badje is namelijk énorm verkoelend. Leuk ook. Al blijft het er wel koddig uitzien.

En nee, de warmte heeft er tot nu toe ook niet voor gezorgd dat ik rondloop met opgezette voeten. Dazenbeten wel. Dazen zijn namelijk vervelende, agressieve rotvliegen die zich bij voorkeur uitleven op warmbloedige mensen. Drie maal raden wie ze het meest pakken? Ondergetekende natuurlijk. En laat ik nu ook nog eens lekker allergisch op deze beesten reageren. Gevolg? Een olifantenpootje waar je U tegen zegt. Ontsmetten met azijn schijnt te helpen.

Dus ik ben nu ook nog eens in ‘t bezit van een stinkend olifantenpootje. Het leven is mooi. Kuch.

Maar verder gaat het goed. Ik kan nog lopen, fietsen, klagen, werken ( een béétje dan ), ouwehoeren, lezen en slechte tv kijken. Dat is maar goed ook, want ik heb zo’n gevoel dat de muppet er nog wel in blijft zitten. Vooral omdat ze volgens de verloskundige ‘nog wel de ruimte heeft.’ Met dank aan mijn lengte en – dus – mijn grotere buik. Bovendien vermoed ik dat ze een berucht trekje heeft geërfd van mijn familie: geef ze eten, drinken en warmte en zij blijven ook gezellig langer hangen.

Ik bedoel maar.

En dus zal ik het nog wel eventjes vol móeten houden. Geen probleem, zolang het opblaaszwembad maar in de buurt blijft. En de dazen juist uit mijn buurt blijven. Dan komt het ergens allemaal goed. Heb ik zo de vraag goed beantwoord?