Vroeger deed ik in Amsterdam allemaal dingen die bij een zaterdagavond horen. Ik hing in kroegen, dronk een borrel en raakte aan de praat met alles en iedereen. Sinds ik weer deels in Friesland woon en aan de relatie ben, doe ik die dingen niet meer zo vaak. Al is er in Friesland ook nog genoeg avontuurlijks te beleven. Zoals het redden van een schaap uit een sloot.
Je leest het goed, stadsmens numero uno heeft een schaap uit de sloot gehaald. Nooit geweten dat ik dat kon doen, maar blijkbaar kan ik het ook. En het was ook nog zomaar gepiept. Met een beetje hulp van het schaap.
En nee, het schaap lag niet in de sloot achter huis. Vriendlief en ik wonen gewoon in het centrum in Sneek. Weliswaar grenst de achtertuin van het huis aan een klein slootje, maar afgezien van een kat, reiger, kikker en een vis ( in die volgorde) heb ik nog nooit daar een schaap gesignaleerd.
In de buurt van mijn ouders wel. Die wonen in een dorpje ( je knippert met je ogen en je bent er al doorheen) net buiten Sneek. En toevallig had ik net op zaterdag daar geborreld. Om een uur of half tien ‘s avonds fietste ik op m’n gemakje naar huis. Langs een stuk weiland met een sloot waar altijd een aantal schapen grazen.
Opeens hoorde ik een gemekker van jewelste. Verbaasd keek ik eens naar links en rechts waar dat vandaan kwam. Want je weet maar nooit of er iemand beroofd, mishandeld of aangerand wordt. In Amsterdam dan, want naast me zag ik een koppie van een schaap. In de sloot. Met grote ogen keek het beest mij aan. En ‘t begon steeds harder te mekkeren.
M’n hart brak.
En wat doe je dan? Dan zit er niets anders op je fiets tegen het hek aan te zetten en over het hek te klimmen zodat je in het weiland belandt. Ik wierp één blik op mijn schoenen – ze waren net nieuw- en besloot dat ik de schoenen in ‘t slechtste geval dan maar op moest offeren aan de Friese modder. Af en toe is de keus tussen het behouden van je schoenen of een schaap laten verzuipen niet zo moeilijk.
Eenmaal bij de sloot zocht ik het minst steile stukje op. Het schaap was intussen zo slim – ze kunnen het wel – om naar me toe te zwemmen. Verwoed probeerde ze op de kant te klimmen, maar ze gleed telkens terug. Geen wonder, het is geen makkie om met een zware, natte vacht het droge te bereiken.
Gevolg? Ik pakte het schaap bij d’r nekvel en één van de voorpoten en trok haar op de kant. Het werd nog wel even een getrek, want zo licht is een schaap niet. Laat ik het zo zeggen, een koteletje is een stuk beter te behappen. Gelukkig werkte het schaap wel zelf even mee. Pro-actieve schapen, ik hou d’r van.
Daarna puften we beide even uit. Het schaap ging met d’r rug naar de sloot staan. keek mij met grote ogen aan en schudde zich intussen even uit. Het kroes zat nog diep in de vacht. Ik haalde maar eens adem en nam de schade op. Van mijn schoenen welteverstaan. Die waren nat. En ik stond in de modder. Geen goede combinatie. Mijn handen zaten ook onder de modder en stonken een uur in de wind.
En omdat m’n handen toch al vies waren, gaf ik ‘t schaap maar een aai over de kop, klom ik over het hek en sprong ik weer op de fiets. Naar huis. ‘Ik heb net een schaap uit de sloot getrokken,’ vertelde ik daar aan vriendlief en een vriendin van ‘m. Die keken me ietwat verbaasd aan. Zou ik ook doen. Want een schaap redden uit een sloot is toch echt weer eens wat anders dan kansloos aan de bar hangen in Amsterdam. Al is dat laatste wel beter voor mijn schoenen.
goed van je daan, volgende stap dierenambulance? en schoenen kun je gelukkig vervangen voor een paar nieuwe toch? scapen niet! x
De dierenambulance lijkt me iets te hoog gegrepen voor mij 😉
En de schoenen lijken trouwens gered. Ik heb ze schoon gemaakt en er zo’n verfrisser-achtig iets opgespoten. Laat ik het zo zeggen, ze stinken niet meer … Maar anders was dat niet erg, ‘t schaap staat tenminste weer op het droge!