Nog even en dan gaat in mei het Eurovisiesongfestival weer los. Maar wie worden nu de concurrenten van ‘t Nederlandse O’G3NE? Dat zetten we alvast even voor je op een rijtje. Dit keer zijn Australië, Portugal en Estland aan de beurt.
Australië: Isaiah – Don’t Come Easy
Al een paar jaar mag Australië (door onder anderen Europese immigranten en hun kinderen leeft het festival daar enorm) meedoen met het Eurovisiesongfestival. En ze doen hun best. Zeker de inzending van vorig jaar. Dami In met Sound of Silence, was goed.
De grote vraag is of ‘Don’t Come Easy’ van Isaiah net zo goed is. Tja … Het is een ballad. En er zijn véél, héél véél, ballads dit jaar. Toch is dit één van de betere gevallen. Met dank aan de stem en de bruine ogen van Isaiah. En ach, we kunnen er lekker een beetje bij meedeinen. Zou Australië zeker weten naar de finale moeten brengen, al zijn we het nummer daarna ook weer snel vergeten.
Portugal: Salvador Sobral – Amar Pelos Dois
Samen met San Marino is Portugal vaak verantwoordelijk voor de slechtste inzendingen van het Eurovisiesongfestival van dat jaar. Maar Portugal hoeft dit jaar niet bang te zijn, want Salvador Sobral zingt het prachtig kleine ‘Amar Pelos Dois’. Een paar strijkers erbij, een gevoelige stem … Dit zou zo op de soundtrack van een fictieve filmklassieker als ‘Lisbon in the rain’ kunnen staan. In al zijn eenvoud een verademing. Benieuwd of dit ook op het Eurovisiesongfestival past.
Luister maar:
Estland: Koit Toome en Laura – Verona
Koit Toome en Laura uit Estland zingen het redelijk fris aandoende liedje Verona. In de clip dan. Want waren Koit en Laura live ook maar iets frisser. Koit zingt behoorlijk dunnetjes en Laura heeft de maniertjes gekopieerd van Celine Dion. Had ze beter niet kunnen doen.
Toch, het liedje is niet slecht. En het is niet een doorsnee ballad. Daar hebben we dit jaar per slot van rekening al genoeg van.
Kijk en oordeel zelf:
Geef een reactie