Die Roy Donders toch. Eerst de sample van het eerste zelfontworpen huispak kwijt zijn en dan ook nog vakkundig je zorgvuldig bij elkaar gejatte ontwerpen van zomerjurkjes laten stelen door een Scheisse Duitser. Maar Roy laat het er niet bij zitten en schakelt zelfs heuse professionele hulp in voor zijn – juist – huispakken.
Eerst ontbeet Roy even met een worstenbroodje. Even voor de duidelijkheid: die broodjes zijn nu zo populair dat de broodjes bij de Tilburgse bakker niet meer aan te slepen zijn. Hopelijk houdt de bakker een voorraadje achter voor Roy en zijn familie. Want een familie Donders zonder worstenbroodjes is natuurlijk niets.
Maar goed, eerst nam Roy even een stevig ontbijt met vriendin Marina, want ze moesten die maandag namelijk helemaal naar Brussel. Tot afgrijzen van moeder Nel die ze al ergens halverwege de wijk zag verongelukken. Rpy vond het zelf ook spannend. ‘Het is toch gewoon een andere mentaliteit waar wij niets vanaf weten.’Maar goed, vriendin Marina was een adresje op het spoor gekomen waar ze allerlei originele spullen hadden. En laat Roy ‘nu gewoon lekker uniek willen zijn.’
Zus Rian ging ook mee. Maar die was ronduit gestresst. Niet door dat bezoekje aan Brussel, maar omdat ze ruzie had met de onderwijsinspectie. Ze had namelijk een dikke, vette boete gekregen omdat ze haar zoontje een paar dagen thuis had gehouden. ‘Maar ja, hij was geslaagd voor zwemles.’ Volgens Rian had de schooljuffrouw na haar verzoek middels een schouderklopje had laten weten, ‘dat het wel goed zou komen.’ Dat dacht Ons Rian ook.
Mooi niet.
En nu kreeg ze te maken met de ‘offistier van justitie.’ ‘En ik wil daar gewoon niets mee te maken hebben!’ Roy vond het maar belachelijk. ‘Moet alles via de regeltjes, daar zakt mijn broek van af!’
Gelukkig hadden ze het bezoekje naar Brussel om hen af te leiden. Ons Rian wilde namelijk ook kijken of ze wat kon vinden voor haar kinderkledinghandeltje. Vol goede moed gingen ze op weg, maar eenmaal in Brussel kwamen ze in een sjofele wijk die er niet meteen veelbelovend uitzag. Maar goed, Roy had natuurlijk alweer honger. Gelukkig vonden ze wel een broodjeszaak. Roy was er erg over te spreken. Met de hygiëne bleek niets mis. ‘Maar buitenlanders zijn altijd heel schoon,’ zo vertelde Roy. En omdat-ie dacht dat ze in Brussel Duits spraken, bedankte hij hen maar in het Duits. Het belette hem trouwens ook niet om een stofzuiger te kopen.
Maar waar zat die groothandel nou?
Roy, Rian en Marina zagen vooral veel gesloten rolluiken. Roy was er heilig van overtuigd dat ze verkeerd zaten. Maar dat bleek niet het geval. Het was namelijk maandag. En dan bleek zeker de helft van de winkels dicht. Want ja, de openingstijden waren niet gecheckt.
Stel je voor, dat was iets teveel voorbereiding geweest.
Inmiddels werd er gebeld met het thuisfront voor een oplossing. Marina’s moeder kwam nu op de proppen met een aantal adresjes in Antwerpen. En dus reed ons ietwat chagrijnige trio richting Antwerpen. Maar ook daar vonden ze niet wat ze zochten. Al was het alleen maar omdat dit inkoopadres in een smoezelig fabriekspand te vinden was. Er waren nog wel twee kledingzaken in gevestigd. Maar die hadden bepaald niet Roy’s smaak in huis.’Allemaal oudewijvenkleding,’oordeelde Roy.
Lees: het waren stijlvolle basic items van Scandinavische snit. Inderdaad, niets voor Roy.
En dus waren ze alweer op het verkeerde adres beland. Na een aantal telefoontjes bleek het namelijk ook niet in Antwerpen, maar in Brussel te zijn. Brussel en Antwerpen … Het lijkt ook allemaal zo op elkaar. Rian wist niet of ze moest lachen of huilen. ‘Het was net Peppi en Kokki. Het sloeg helemaal nergens op.’ En dus konden ze weer terug naar Brussel. Met een stofzuiger, dat dan weer wel.
Gelukkig hielden ze er wel een sterk verhaal aan over.
Al had Roy het wel heel zwaar. Ouders Frans en Nel waren namelijk twee weken op vakantie. En bij wie moest Roy nu eten? En wie kon nu pakketjes voor hem versturen? ‘Ik heb dit nog nooit gedaan,’ riep Roy. ‘Ik ben dit niet gewend!’ Nee, Roy begreep niet hoe sommige mensen het konden redden zonder een stel hulpvaardige ouders. ‘Dat kan je toch niet allemaal doen. Dan moet je heel veel dingen laten vallen.’
Vooral omdat Roy ook nog voor de hond – oorspronkelijk Roy’s hond – moest zorgen. En dat is best onhandig als je ook nog tegelijkertijd het haar van je zus moet blonderen. Ons Rian heeft namelijk een fobie voor de kapper. Ze mengde zelfs haar eigen verf. ‘Anders is het straks niet in verhouding.’ Maar tussen het kleuren door, constateerde Rian wel dat de hond erg dik was geworden.
Geen wonder. Roy gaf ‘m frikadellen te eten. ‘Thuis eet hij ook altijd met de pot mee.’ Rian vond het maar niets. ‘Dat is toch niet normaal en die hond die stinkt. Vieze hond!’ Roy begreep niet waar Rian zich druk om maakte. Ja, natuurlijk at hij uit eenzaamheid en ja ‘hij mist ons pap’ maar echt medelijden had Roy er niet mee. ‘Hij kan toch beter carpaccio eten dan vieze brokken?’
Juist Roy, that’s the spirit. Lekker gezond ook. Rian vond het geen oplossing. ‘Daarom is die hond zo dik. Moet je niet meer doen! Dan ga je toch met de hond wandelen.’ Ja hallo zeg, alsof Roy niets anders aan zijn hoofd had. Roy was al half overspannen. ‘Twee weken is wel heel lang.’
Van de vermoeidheid vergat hij zelfs zijn ouders op te halen van Schiphol. Na twee weken landden zij keurig om 6 uur ’s ochtends op Schiphol. Alleen was er geen Roy te bekennen. Zoals we weten is Roy namelijk niet echt een ochtendmens. En dus moesten Frans en Nel de lieverd uit z’n bed bellen.
Roy schrok zich lam. Zonder te wassen of tien bussen haarlak in zijn haar te spuiten, sprong hij in de auto. ‘Ons pap en mam … Ik vind het heel erg.’ En terwijl paps en mams verkleumden op Schiphol, reed Roy met een rotgang uit Tilburg. Niet dat Frans en Nel heel erg teleurgesteld waren. ‘Ik zei nog tegen Nel in het vliegtuig: die staat er niet hoor.’ Maar Nel had er nog alle vertrouwen in.
Jammer maar helaas voor Nel … Toch waren ze niet boos op Roy. ‘Dan komt ie en dan trekt hij zo’n gezicht dan kan je er niet boos op kunt worden,’ riep Frans lachend. Frans nam op Schiphol het stuur maar even over van Roy. Roy viel daarna op de achterbank in slaap. ‘Ik was echt heel moe, ik was gebroken na twee weken.’
En dus dook Roy nadat ze weer thuis waren meteen zijn eigen bed in. Nel en Frans haalden zelf maar hondje Paris op. Die had zijn bazen inderdaad gemist. De hond was door het dolle heen. Niet dat Roy iets merkte. Hij sliep lekker door ….
Maar het nog meer voordelen dat Frans en Nel thuis waren, want nu kon Roy op zoek naar de sample van het huispak. Waar was die in hemelsnaam verstopt door Nel? Want ja, Roy wilde het nu wel graag hebben.’Dan kunnen ze niet meer nadoen en is het allemaal van mij en dan kan ik lachen.’
Maar waar was dat ding nou? In het immer gezellige huis van zijn ouders zocht hij tussen de geweren aan de muur ( zagen we dat echt goed? ) en de kunstbloemen, in allerlei kasten. Uiteindelijk vond hij het ergens onderin in een kast tussen een stel vazen. Vraag ons ook niet hoe het daar nu is beland.
Een probleempje? Roy vond het huispak niets meer. Zelfs het kleine bijpassende pakje was overbodig. Onze Paris paste d’r vanwege haar frikadellendieet niet meer in. En dus hadden zowel Roy als zijn hond geen blingpak.
Het allerergste? De Turkse buurvrouw bleek zes weken op vakantie. Maar via via kwam Roy op het spoor van Fatija. Een ambitieuze modeontwerpster die zelfs heuse modeopleidingen achter de rug had. Rian vond het ongelofelijk. ‘Hij heeft altijd het geluk op zijn pad liggen.’ Dat vond Roy zelf ook. ‘Ik weet wel veel van verkoop, maar vraag niet hoe die knoop of speld heet. Weet ik niet.’
Dat wist Fatijah dan weer wel. Ze keek met een kritisch oog naar de best verkopende huispakken die in Roy’s winkel hingen. ‘Jij kijkt naar het uiterlijk, maar het moet wel langer mee dan twee wasbeurten,’zei Fatija streng. Maar toen ze vervolgens over technische tekeningen en modestaaltjes begon, was ze Roy helemaal kwijt. ‘Ik werd er heel onzeker van,’ riep Roy. Al vond hij wel dat ze elkaar konden aanvullen. ‘Er komt meer bij kijken dan ik dacht.’ Fatija knikte.’Confectie is een vak.’
Desondanks moest Fatijah gevoel krijgen voor de smaak van Roy’s clientèle. Ze speurde daarom zijn winkel af. Dat ging niet héél goed. ‘Ze in mijn winkel en dan pakt ze precies de dingen die niet goed verkopen. Zij weet weer helemaal niets van m’n stijl.’ En dus moest Roy laten zien wat niet aan te slepen was. Fatijah schrok zichtbaar van een broek met een print die mensen letterlijk kon verblinden. ‘Nou ja, dan moet je zorgen dat je het dan voor de rest rustig houdt,’ probeerde Fatijah nog. ‘Dat doen mijn klanten niet,’ riep Roy die meteen een knalroze shirtje zien. ‘Dit dragen ze er bijvoorbeeld bij.’
Fatijah kreeg nog net geen hartaanval.
Toch stemde ze in om een huispak te ontwerpen. Roy had er nog steeds vertrouwen in. Maar eerlijk gezegd betwijfelden wij ‘t. Fatijah was wel héél keurig …
Gelukkig kon daarna Roy even ontspannen bij de schoonheidsspecialiste. Maar ook daar ging hij natuurlijk niet alleen naar toe. Stel je voor. En dus haalde hij een BFF op. Samen rookten ze gezellig in de auto en zongen ze mee met Nederlandse levensliederen. Al spoelde Roy trouwens na drie seconden de meeste nummers door. ‘Die ken ik dan al.’
De BFF moest daarna ook toezien of Roy wel goed geëpileerd en geharst werd. ‘Dat hoort bij de verzorging, ik hou helemaal niet van haren. Nergens, wie heeft dat verzonnen?’ Alleen had hij geen idee dat je eronder ook kon laten harsen. Hoewel, hij had een keer zijn buik laten doen ‘door ons Kelly.’ ‘En dat deed zeer.’
Maar je kunt natuurlijk niet weggaan zonder een kuurtje onder de zonnebank.’Twintig minuten onder de sterkste,’ vertelde Roy ons trots en goot er nog maar een drankje met caroteen in. ‘Want dan word je sneller bruin.’ Maar Roy ging dan ook ‘maar’ drie keer per week. Een schande, want eigenlijk moet je gewoon om de dag. Maar ja, Roy heeft het druk hè? Om iets als huiskanker en veroudering maakte Roy zich ook niet druk. ‘Ze zeggen dat je een oude kop krijgt van de zonnebank, we zien het wel.
Kledingparty
Maar heel veel rust was Roy dan ook niet gegund, want Ons Rian was nu ook begonnen met het verkopen van kinderkleding. Vanuit Roy’s garage verkocht ze nu ook veel stukken. Natuurlijk wel in Roy’s stijl. ‘Denk veel camouflage, glitter en tijgerprintjes.’ Dan kon Roy’s klantenkring ook meteen bij Rian winkelen voor hun kinderen.’ Geen wonder dat ze – net als Roy – haar winkeltje haar vernoemd naar zichzelf en haar twee kinderen. En dus hebben we nu een Rojami’s en een Rijami’s. Sluit zo lekker aan, weet je wel.
Maar ook Rian moest proberen haar kinderkleding aan de man te brengen. Gelukkig had ze wel haar eerste kledingparty weten te scoren. Roy ging mee om ons Rian te ondersteunen ( en om zelf ook nog wat spullen aan de man te brengen) Al moest ze toch echt zelf de bus vol laden. Roy lag namelijk weer eens in zijn bed. Dat kon Rian toch niet. Die stuiterde door de garage. ‘Ik heb kriebels in mijn buik. Wordt het wel druk. Vinden ze de kleding wel leuk?’
Ons Rian maakte zich echt een beetje zorgen. Roy niet, maar daar had Rian geen boodschap aan. ‘Roy heeft het al zo vaak gedaan. Die tilt er niet zo zwaar aan.’ Dat klopte.’Ik weet toch wel dat iedereen vindt dat ze leuke dingen heeft en dat ze het kopen. Maar het is spannend, want het nou haar eigen …’
Jaha, je broer helpen of je eigen handeltje verkopen is toch een groot verschil.
Maar ach, ze arriveerden zowaar op tijd op een Ladies Day in een buurthuis in een Amersfoortse volkswijk. Rian was als een gek aan het uitladen. Tot Roy opeens zag dat Rian vergeten was haar Crocs uit te doen. Roy zocht meteen als een gek naar een stel slippers. ‘Dat kan niet, doe dan slippers aan!’ Rian begreep niet waar Roy zich druk om maakte.’Mij boeit het niet.’ Al verruilde ze toch haar Crocs voor de slippers.
Vervolgens was Roy al even streng voor Rian wat betreft het inrichten van haar stand. Alles moest namelijk op kleur hangen. ‘Bij mij moet het allemaal perfect!’ riep Roy. En dat was het. Voor de clientèle dan, want zowel de dameskleding als de kinderkleding viel in de smaak. Tot Rian’s opluchting. ‘En dan begint die party en dan merk je: ze komen een keer en ze komen weer terug.’
Alles was dan ook perfect op deze dag in Amersfoort. De glitters en de pailletten waren niet aan te slepen, vrouwen konden terecht bij een waarzegster, er was een enthousiaste volkszanger en potver, er was ook nog een bingo.’ Met dat laatste had Roy niets.
Wel had hij wat met zijn favoriete stand waar ze allemaal kristal te koop hadden.’Daar waren dingen die ik nog niet had.’ Al moest Roy op een holletje terug toen hij zag hoe druk het was bij zijn stand. En ook bij Rian was het dolle boel. Rian was vreselijk blij. ‘Dat doet je goed, dat ze dan voor jouw smaak kiezen. Het was een gouden party.’
Volgende week gaat het alleen even niet zo goed. Dan komt Roy erachter dat zijn bus is leeg gehaald en ligt de verkoop ook nog eens op z’n gat …
Geef een reactie