Na al het geklaag, gezwoeg en gesteun in de Surinaamse jungle is het zover: Eindelijk kunnen de vier overgebleven meiden uit Echte Meisjes in de Jungle vechten om een plek in de finale. Wie gaat er uiteindelijk dan toch met die 30.000 euro naar huis? Wordt het één van de Gooische kakkers, Pauline of Leslie? Of maken flapuit Britt en de manipulatieve Nadia meer kans? Wij zetten ons geld in op Britt.
Met vlotten over de rivier
Maar eerst hing alles af van de twee vlotten die de Sranang Sweeties en de Brokopondo Babes hadden gebouwd. Best belangrijk want welk team de eerste de vlag bereikte op de rivier, belande in de finale. Beide teams hadden er vertrouwen in. ‘Ons vlot leek wel een varende kroket,’ riep Britt. Maar Britt en Leslie gingen er mooi wel snel op die kroket ervan door. Britt wist wel hoe het zat met peddelen. ‘Niet naar die onderstroming!’ Die andere meiden vond ze dan ook niet zo slim. ‘Die tassen van Pauline en Nadia hadden naar achteren gemoeten op dat vlot.’ En daarna trakteerde ze ons op een vergelijking met een speedboot.
We sloegen bijna steil achterover van zoveel intelligentie.
En ze had gelijk, want met het peddelen van Pauline en Nadia ging niet helemaal goed. Het leek alsof Pauline als een gek peddelde, maar Nadia het vlot bestuurde. De verkeerde kant op. En dus draaiden ze gezellig rondjes.
Maar ook bij het andere team ging ’t niet meer van een leien dakje. Zo gilde Leslie moord en brand bij het zien van de kleine watervalletjes in het water. ‘Ik vind dit eng!’ Britt dacht er ietsje anders over. ‘Ik vond die watervalletjes heel cool. Maar Leslie vond het eng.’ En whoops, dan kan er zomaar onenigheid ontstaan.
Zeker toen Leslie paniekerig constateerde dat Pauline en Nadia d’r hard aan kwamen peddelen. ‘Ze komen eraan!’ gilde Leslie. ‘Harder, harder, harder!’ gilde Pauline. Van de weeromstuit begon Leslie ook maar te schreeuwen tegen een uitgeputte Britt. Maar die was moe. ‘Ik kan niet meer!’ Maar Leslie was onverbiddelijk. ‘Straks rust je maar uit.’ Britt ging er bijna aan onder door. En wat je doe je dan in Britt’s wereld? Dan huil en schreeuw je tegelijk. ‘SCHREEUW NIET ZO. WE GAAN HET HALEN.’
En verrek, ze haalden het.
Britt en Leslie waren zo blij en uitgelaten als het maar kan. En ze huilden nog maar een potje. Maar nu van blijdschap. ‘KAMPIOENEN!’ schreeuwde Britt. Het andere team moest het met lede ogen aanzien. ‘Toen ik ze zag winnen, voelde ik een leegte,’ verzuchtte Pauline. Ook Nadia was niet blij: ‘Ik dacht: SHIT. Pauline en ik hebben die 30.000 euro al drie keer uitgegeven.’ Pauline was niet blij. ‘Het is niet het einde van de wereld, maar het is één woord: KUT!’
Inderdaad, kut met peren. Bye bye Brokopondo Babes.
Britt en Leslie in de finale
En dus waren het Britt en Leslie die voor de laatste keer in de jungle hun hangmatten opzochten. Nog steeds beheerste Britt niet het begrip hangmat hangen.’Leslie, help me. Mijn klamboeeeee!’ En nadat Leslie d’r uit haar lijden had verlost, babbelde Britt lekker verder. ‘Morgen weten we wie gewonnen heeft,’ riep Britt. Leslie haalde haar schouders op: ‘Als ik maar een borrel krijg.’ Dat begreep Britt maar al te goed: ‘Als ik maar een hamburger krijg’. ‘Ben ik van het gezeur af,’ antwoordde Leslie adrem. Maar helemaal af van het gezeik was ze nog niet. ‘Waar is mijn schoen? Mieren dragen toch niet in een keer die schoenen weg?’ hoorden we Britt nog galmen.
Maar de volgende ochtend bleken de meisjes zenuwachtig, want zowel Leslie als Britt wilde winnen. ‘Ik wil winnen. Ik ga over lijken nu,’ dreigde Britt en we geloofden haar meteen. Ook al zat ze heel relaxed in de boot met Leslie. Die Leslie maakte niet meer de fout om Britt te onderschatten. ‘Het goede is aan Britt dat zij heel veel doorzettingsvermogen heeft. Britt is niet heel erg slim. Als het iets met kennis is, heb ik een voorsprong. En als ze echt niet iets wil, dan doet ze het ook niet. Dus ik hoop dat het iets is wat ze echt niet durft.’
Moerasopdracht
Dan had ze pech bij de eerste opdracht waar één van de twee meisjes een voorsprong van twee minuten kon winnen. Maar dan moest wel één van hen zich het snelst een pad banen in het moeras om het bordje Paramaribo te halen. Leslie wist meteen genoeg. ‘Het is iets met water, dus zal Britt wel weer winnen. Zij was al zenuwachtig met haar duimen te draaien, zichzelf kracht in te spreken, ik weet niet wat ze aan het doen was.’
Dat had Leslie beter ook kunnen doen, want ze hield Britt maar amper bij. Al ging die als een gek tekeer. Britt won dan ook. ‘Dit was echt niet mijn opdracht. Britt en water …’ Britt glunderde aan een stuk door. En die glimlach was zelfs niet van haar gezicht af te branden toen ze hoorden dat ze al liftend naar Paramaribo moesten rijden. En onderweg nog een paar opdrachten moesten vervullen. Alsof ze het al niet druk genoeg hadden.
Liften naar Paramaribo
‘Nu ik weet dat we moeten liften, weet ik niet of het een voor,- of nadeel is. Britt is heel spontaan, vrolijk en blond, dus die zal wel snel een lift krijgen,’ voorspelde Leslie. Ook Britt zag het positief in: ‘Ze houden hier wel van blond.’ Dat viel te hopen voor Britt, want het was nog best een onderneming om vanuit de jungle een lift te regelen naar een school in een buitenwijk van Suriname. En daar moesten ze beide een polonaise organiseren met twintig kinderen.
Wat een lol.
Britt had intussen een man ontmoet die zelf geen auto had, maar zijn vriend wel. Samen zetten ze het op een lopen naar die vriend. ‘Ik weet dat mensen normaal langzaam lopen, maar nu loop ik even snel.’ Maar Britt bleef wel sociaal. ‘Eet U wel eens hamburgers?’ Alleen een beetje jammer dat de vriend er niet bleek te zijn. ‘Kutzooi! Shit!’ En dus nam Britt maar snel afscheid van de jongeman.
Leslie had meer geluk. ‘Er rijden hier niet veel auto’s. En anders is het zo’n auto met zo’n vieze kerel erin. Dus mijn tactiek wordt flirten.’ Maar zij regelde mooi wel een aardige vriendelijke oudere meneer die haar wel wilde brengen ‘tot de weg slecht wordt.’ En Leslie bleek nog een andere tactiek te hebben: ‘Neem ik u een keer mee uit eten. Als ik win.’
En passant vertelde ze nog even ‘dat hij die ander niet mocht meenemen, want dan wint zij.’ En dus reden ze vrolijk langs Britt die stond te balen langs de kant van de weg. ‘Hoi Britt!’ zwaaide Leslie vrolijk. Vond Britt niet leuk. ‘Ik kon wel janken.’ Leslie niet. ‘Ik heb nog nooit zo’n zuur hoofd van iemand gezien.’ Britt wilde het meteen al opgeven. ‘Kut, begint het nu al zo.’ Maar toch verzon ze een smoesje toen de volgende auto passeerde. ‘Mag ik meerijden. Ik heb zo last van mijn benen!’
Had ze natuurlijk niet, maar meerijden mocht wel.
Leslie was intussen beland in een dorp en moest een rit regelen naar Paramaribo. ‘Ik zie Britt nog niet. Wat een mazzel!’ En voor we het wisten regelde Leslie al flirtend nog een ritje bij een Surinaamse Hagenees. ‘Bij de Oh Oh Cherso’s! Kunnen we een keertje uit eten als ik win.’ Leslie vond het allemaal gezellig. ‘Was wel gezellig. Hij was 37, maar hij tattoos en een mooie groene auto. ‘ Alleen een probleem, de beste man kende de weg niet.
Polonaise
Dat konden we niet zeggen van de uiterst zwijgzame chauffeur van Britt, maar zij arriveerde wel als eerste. ‘Superbedankt, ik zal het nooit vergeten!’ En als een idioot rende Britt het voetbalveld op bij de school. Meteen liep ze naar de leraar. ‘Mag ik hier een polonaise lopen?’ De leraar keek haar niet begrijpend aan. ‘Een polonaise? Wat is dat?’ Maar na een korte uitleg had-ie door dat ’t bepaald geen onzedelijke dans was en dus mocht Britt een minuut lang in polonaise lopen met de kinderen. ‘Ik kan 30.000 euro winnen. Bijna een miljoen!’ En warempel, Britt kreeg ze in beweging. ‘EEN, TWEE, DRIE ….’
Eenmaal bij de school, had Leslie minder succes. ‘Willen jullie met mij de polonaise doen, dan komen jullie op tv.’ Toch bleek niemand gevoelig voor de smeekbedes van Leslie. ‘Please, ik kan heel veel geld verdienen. Jezus. Wat een afgang dit!’ Het hielp niet. ‘Wat een kutland. Wat een arrogante mensen!’ Maar uiteindelijk lukte het toch. Niet dat Leslie daar heel dankbaar voor was. ‘Bedankt voor jullie hulp. Tot nooit meer ziens. Wat een ellende!’
En weg was ze.
Jezus en Judas
Intussen had Britt al lang een kaartje van het hek gevist met de volgende opdracht. ‘Ga naar de Jodenbreestraat waar twee vijanden gebroederlijk naast elkaar leven.’ Daar lagen dan ook de nieuwe opdrachten. ‘Het is vast iets met religie. Iets met Jezus en Judas.’ Britt wist nog niet hoe dicht ze daarbij zou zitten. En meteen regelde ze maar even een lift.
Dat lukte Leslie niet. Maar wel mocht ze van een vriendelijke buschauffeur mee rijden in de schoolbus. Een perfecte gelegenheid om een hoop kinderen de opdracht onder de neus te drukken. Uiteindelijk wist één meisje het antwoord. Het bleek te gaan om een synagoge en een moskee. Ook Brit kwam daar op de plek van bestemming achter. Met dank aan een man op straat. ‘Top! Later!’ en weg rende Britt. De man keek haar verbaasd na.
Hete pepers
Britt arriveerde als eerste bij de gebedshuizen en kreeg daar een nieuwe opdracht. En dat was de zoektocht naar Madame Jeannette op de Comde Markt. Ook Leslie kreeg enkele momenten later die opdracht onder ogen. Maar zij had ’t geluk een vrouw tegen te komen op de parkeerplaats die weliswaar geen Jeannette heette, maar haar wel vertelde dat het om eenhete peper ging. En oh ja, ze wilde Leslie ook wel brengen naar de markt in de auto. ‘Ga ervoor!’
Britt had dat geluk niet en zocht zich een ongeluk op de markt naar een vrouw die Jeannette heette. En tijdens de reis verklapte ze aan iemand die haar hielp wat ze met dat geld zou doen. ‘Ik geef het aan een goed doel. De andere gaat ervoor shoppen. Ik koop zelf ook nog wel wat dingen. En ik ga naar de McDonald’s.’ Oh, dus geen nieuwe roze Ford Ka met glimmende velgen en een paard?
Vind de stenen Pengel
Maar intussen had Leslie al de volgende opdracht gevonden tussen de pepers en was er als een hazenwind vandoor gegaan om de Stenen Pengel te vinden. Al had Britt geluk wéér een stoere Surinamer te vinden die haar naar het monument kon brengen. ‘Heb je een auto. Dan moet je me even brengen.’ En dat deed-ie. Britt zat verwilderd in de auto. ‘Wat ben ik blij met jou!’ Daarna stapte ze vlug uit en gaf ‘m een handkus.
Leslie raakte intussen achterop door de verkeersdrukte waardoor Britt als eerste bij de Stenen Pengel aankwam, keurig de instructies opvolgde en een kano aan de kade vond. Alleen ging dat niet echt goed. ‘Dat kanoën ging zo slecht. Ik ging helemaal naar het midden. Ik kon niet meer sturen.’ Maar ze had nog altijd meer voorsprong op Leslie die dat kanoën absoluut niet zag zitten. ‘Als ik ergens een hekel aan heb is het kanoën en ik wist dat Britt daar heel goed in zou zijn.’
Britt wint
En hoe slecht dat kanoën ook ging, toch meerde Britt als eerste aan. En wie stond daar op de pier? Quintis Ristie. ‘Britt, jij hebt echte meisjes in de jungle gewonnen!’ Uitgelaten vloog Britt ‘m om de hals. ‘Ik kan het niet geloven. Dat ik iets gewonnen heb. Dat heb ik nog nooit echt gedaan …’ Quintis Ristie was ook blij. ‘You did it!’ En hij sprong gezellig op en neer. Britt sprong gezellig mee. ‘Maar wat betekent dat, want ik kan geen Engels.’
Zo kenden we Britt weer.
Het enthousiasme werd nog groter toen ze in de koffer met 30.000 euro een hamburger vond. Britt was euforisch. Dat konden we niet zeggen van Leslie die na veel pijn en moeite uit de kano op de pier was geklommen. ‘Ik ga niet meer rennen!’ Wel was ze zo sportief om Britt meteen te feliciteren. ‘Ik gun haar wel de prijs, ik denk dat ze het wel heeft verdiend en dat ze het ook nodig heeft.’
Goddank kreeg Leslie meteen een borrel.
En zo eindigde Echte Meisjes in de Jungle. Britt bleek toch niet zo dom als gedacht. Dat moest zelfs Leslie toegeven. En die had haar nota bene samen met Michella nog wel eens het leven zuur gemaakt. Maar gelukkig voor Britt bestaat er zoiets als revanche. En we hopen oprecht dat dit ook geldt voor Echte Meisjes in de Jungle, want we willen dolgraag een tweede seizoen. Al is het alleen maar om nog één keer ‘Wat een ellende!’ te horen.
Geef een reactie